Cuba is één van de meest veelzijdige eilanden in het Caraïbisch gebied. Met een lengte van circa 1250 kilometer is Cuba het grootste eiland in de Caraïben. Cuba kent een grote verscheidenheid aan landschappelijke contrasten; groene berggebieden met tropische vegetatie worden afgewisseld door laagvlakten met uitgestrekte suikerrietvelden, tabaksplantages en citrusplantages. De Atlantische en Caraïbische kust zijn bij uitstek geschikt voor watersporters en strandliefhebbers, terwijl de zuidoostkust gekenmerkt wordt door ruige rotsen. Stranden zijn er te vinden in allerlei soorten en maten, waarvan de bekendste bij Varadero aan de noordkust ligt. Liefhebbers van cultuur kunnen hun hart ophalen in de vele Spaankoloniale steden, musea en bij het zien van de vele intrigerende monumenten van de revolutie. Sigaren, rum, salsa, de sfeer van de jaren vijftig en een bijzonder vriendelijke bevolking completeren het geheel en zorgen voor een unieke vakantiebelevenis!
Cuba heeft een subtropisch klimaat met een hoge luchtvochtigheidsgraad van 75 tot 85 procent. De gemiddelde jaartemperatuur is ongeveer 25 graden Celsius. De seizoenen lopen gelijk aan de seizoenen in Nederland; januari is de koelste en augustus is de warmste maand. Officieel wordt het Cubaanse klimaat verdeeld in twee periodes: de droge periode en de natte periode. De droge periode loopt van september tot en met maart, de overige maanden vormen de natte periode. Deze wordt gekenmerkt door veel zon, hoge temperaturen en in de namiddag een flinke regenbui. Oktober en november zijn de maanden waarin er kans bestaat op storm of een cycloon. Jaarlijks is het gemiddelde aantal dagen met zon maar liefst 330! Een noordoostenwind zorgt echter altijd voor enige verkoeling. Per jaar valt er circa 1.500 milimeter neerslag in de vorm van regen. Het zeewater is het hele jaar door warm, zo rond de 24 graden.